Het station van Weesp hoeft niet te worden verbouwd en het spoor hoeft niet te worden uitgebreid. Wel komen er maatregelen tegen geluidshinder langs het spoor aan de noordzijde.

De spooruitbreiding bij Weesp en de verbouwing van het station aldaar, zijn volgens staatssecretaris Van Veldhoven niet meer nodig. Dat is het gevolg van het niet doorgaan van de oorspronkelijk beoogde hoogfrequente dienstregeling tussen Schiphol, Amsterdam, Almere en Lelystad (in jargon: OV SAAL). Er is een alternatief bedacht waarvoor ‘Weesp’ niet verbouwd hoeft te worden.

In april 2019 bleek al dat het beoogde hoogfrequente dienstregelingsmodel voor OV SAAL niet maakbaar is binnen de kaders van het programma hoogfrequent spoorvervoer (PHS). Daarom heeft de staatssecretaris samen met de betrokken partijen (MRA, NS, ProRail, goederenvervoerders) verder gezocht naar een maakbaar hoogfrequent dienstregelingsmodel. “Er is een dienstregelingsmodel gevonden dat maakbaar is en aansluit bij de ambitie om hoogfrequent te rijden op de SAAL-corridor”, schrijft Van Veldhoven in een brief aan de Tweede Kamer. “Dat is een innovatief vervoersconcept waarbij op de OV SAAL-corridor sprinters en intercity’s deels gescheiden worden. In het nieuwe model rijden intercity’s hoogfrequent vanuit Flevoland en het Gooi naar Amsterdam Zuid en sprinters hoogfrequent van Flevoland en het Gooi naar Amsterdam Centraal.”

Planstudie liep door
Terwijl het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat met de betrokken partijen naar alternatieven zocht, liet het Rijk de planstudie voor de aanpassing van station Weesp gewoon doorlopen, om eventuele vertraging in het project te voorkomen. Daar kan nu alsnog een streep onder worden gezet. Wel meldt de staatssecretaris dat zij met de regio afspraken heeft gemaakt om gezamenlijk bij te dragen aan maatregelen tegen geluidshinder langs het spoor aan de noordzijde in Weesp.

Kleine groep reizigers ondervindt nadeel
In het nieuw gevonden dienstregelingsmodel hoeven intercity’s de sprinters niet in te halen en zijn de verschillen in rijsnelheid op het spoor kleiner. Het aantal treinen op het spoor kan daardoor in 2029 worden vergroot en daarmee ook het aantal zitplaatsen. “Ook wordt de deur-tot deur reis voor het overgrote deel van de reizigers korter en voor een kleine groep is sprake van een langere reistijd”, schrijft Van Veldhoven in haar brief aan de Kamer. “Betrokken partijen hebben daarom samen de afweging gemaakt dat het voordeel voor een grote groep reizigers opweegt tegen het nadeel voor de kleinere groep reizigers. In de aanloop naar het werkelijk rijden van het hoogfrequente model, zal nader worden bekeken of het mogelijk is om die nadelen zoveel mogelijk in te perken.”

Uiterste best
Met de keuze voor dit dienstregelingsmodel is volgens de staatssecretaris een stevige stap gezet naar hoogfrequent spoorvervoer op de SAAL-corridor. “NS, ProRail en Rijk zullen ieder hun uiterste best doen om het dienstregelingsmodel mogelijk te maken en waar mogelijk te verbeteren in de daadwerkelijke voorbereiding van de dienstregeling. Dit is afhankelijk van meerdere factoren, waaronder alle treinbewegingen rond Groot Amsterdam. Er blijft gekeken worden naar optimalisatiemogelijkheden binnen de kaders van het dienstregelingsmodel voor de reizigersstromen die geconfronteerd worden met een langere reistijd op de verbindingen naar Amsterdam Centraal uit Almere, Amersfoort en Gooi en in het doorkoppelen van treinen over Amsterdam Centraal naar Haarlem en verder. Hierbij wordt ook de corridor Almere-Utrecht betrokken”, aldus Van Veldhoven.

‘Vervoervraag blijft groeien’
Zij benadrukt dat ze in de nadere uitwerking van het dienstregelingsmodel regulier met de betrokken partijen in gesprek zal blijven. “Daarnaast staan de ruimtelijke ontwikkelingen niet stil en is de verwachting dat de vervoervraag verder groeit”, schrijft ze. “Om tegemoet te komen aan deze ontwikkelingen, onderschrijven Rijk en regio daarom het belang om in Samen Bouwen aan Bereikbaarheid en Toekomstbeeld OV 2040 verder te kijken naar het verbeteren van de OV-bereikbaarheid van de OV SAAL-corridor en de toeleidende verbindingen.” Dat geldt volgens haar ook voor de bredere netwerkeffecten van het besluit OV SAAL op verschillende andere corridors, zoals bijvoorbeeld die richting het Oosten. “In het kader van het Toekomstbeeld OV blijf ik ook met die regio’s naar de verdere toekomst toe in gesprek over optimalisaties van het netwerk in landelijke samenhang”, aldus Van Veldhoven.