Van Aalsburg
De natuurlijke opsluitconstructie met moeraszone in de Westeinderplassen (foto: Van Aalsburg).

Familiebedrijf Van Aalsburg in Hellouw ontwikkelde een alternatief voor geotextiel en plastic weefsel met wiepen. Kokos- en/of jutematten met bestorven wilgen vormen een bijzonder duurzame oever- en bodembescherming, stelt mede-eigenaar Dick van Aalsburg. “De waterkwaliteit en de biodiversiteit in de Westeinderplassen is door onze aanpak al aanzienlijk verbeterd.”

Het gebruik van geotextiel voor bodem- en oeverbescherming staat onder druk. Dat komt omdat blootliggende resten onder invloed van het weer en de zon tot steeds kleinere stukjes plastic verbrokkelen. De rivieren nemen de microplastics mee, waardoor geotextiel bijdraagt aan de plasticsoep. Bovendien is de prijs van geotextiel fors gestegen door de grondstoffenschaarste. Levertijden van een half jaar tot een jaar zijn niet ongebruikelijk. “Daarom is ons alternatief steeds interessanter voor opdrachtgevers. Wij verwerken jaarlijks 1 miljoen vierkante meter geotextiel, maar dat is op termijn wellicht niet meer nodig”, zegt Van Aalsburg.

Duurzaam alternatief
Het familiebedrijf, met zes broers die het ambacht van griendwerker van hun vader leerden, combineerde bestaande technieken en materialen om tot een duurzaam alternatief voor geotextiel en plastic weefsel te komen. Bestorven wilgen vormen de basis, maar het geotextiel is vervangen door kokos- en of jutematten.

Het familiebedrijf met ongeveer 70 personeelsleden kweekt in de Betuwe op ongeveer 150 hectare wilgen. In de Biesbosch houdt Van Aalsburg voor Staatsbosbeheer nog circa 100 hectare oude grienden bij. De medewerkers sorteren en verwerken de oogst op een terrein van 4,5 hectare tot onder andere wiepen. Deze wilgenworsten zijn het hoofdbestanddeel van zinkstukken en oeverbeschermingen.
Tekst loopt door onder de foto

Van Aalsburg
Jutemat met wiepen en waterplanten (foto Van Aalsburg).

Voordelen kokos- en jutematten
De alternatieve aanpak brengt verschillende voordelen met zich mee, blijkt uit verschillende projecten. Door wilgen onder water te verwerken, realiseerde Van Aalsburg voor het Hoogheemraadschap van Rijnland een schiereiland en natuurzone in de Westeinderplassen voor een project voor de Kaderrichtlijn Water. In de kokosmatten verwerkte het bedrijf water- en oeverplanten, die ervoor zorgen dat het water niet meer vertroebelt en het zuurstofgehalte toeneemt. Dat is weer goed voor het onderwatermilieu. Ook zorgt het voor meer insecten, waardoor de biodiversiteit toeneemt.

CO2 vastleggen
Bovendien legt het familiebedrijf met zijn projecten meer CO2 vast dan het uitstoot. “Wij kweken de wilgen zelf en leggen hiermee CO2 vast. Duurzaam ondernemen staat bij ons sowieso hoog op de agenda. Zo hebben we al onze op fossiele brandstoffen aangedreven kettingzagen om wilgen te knotten, vervangen door elektrische zagen. De stroom hiervoor komt van zonnepanelen”, vertelt Van Aalsburg. Ook rijden de medewerkers op blauwe diesel en verkent het familiebedrijf de mogelijkheid om op waterstof over te schakelen. “Wij staan op niveau 5 van de CO2-prestatieladder. Het hoogste niveau voor kwaliteit, veiligheid, duurzaam hout en milieu.”

Specialistische moeraskraan
Aangezien de medewerkers veel in kwetsbare natuurgebieden opereren, gebruiken ze bovendien zoveel mogelijk elektrisch aangedreven boten. “Recent namen we een specialistische moeraskraan in gebruik. De kraan is geheel aangepast naar onze wensen voor het gebruik in natuurgebieden, met als belangrijkste punt minimale bodemdruk van ongeveer 130 gr/cm om insporing en structuurbederf te voorkomen.”