auto aan laadpaal in parkeergarage

Het aantal elektrische auto’s in Nederland groeit explosief. Dat is goed nieuws voor het milieu, maar leidt tot hoofdbrekens voor gemeenten voor gemeenten, laadexploitanten, energiebedrijven en netbeheerders die moeten voorzien in oplaadfaciliteiten. Met het project Future Charging onderzocht de Hogeschool van Amsterdam hoe zij kunnen zorgen voor toereikende laadinfrastructuur.

Het onderzoeksproject Future Charging is een samenwerkingsverband van de Hogeschool van Amsterdam (HvA) met 18 projectpartners*. De studie vindt plaats in een Living Lab, dus in een praktijksetting. Verschillende simulaties moeten inzicht geven in de impact van verschillende toekomstscenario’s op het gebruik van laadinfrastructuur, op het elektriciteitsnet en de openbare ruimte. De laadbehoeften in 2030 worden gekoppeld aan aanbodopties, waarbij scenario’s met snelladers en laadpleinen centraal staan. Simulatieresultaten vormen de input voor ontwerpstudies die op hun beurt weer leiden tot praktische aanbevelingen voor de keten van aanbieders.

Onderzoeksopzet

De onderzoekers bekeken gegevens van meer dan 52 miljoen laadsessies van de afgelopen tien jaar. In het computermodel reden elektrische auto’s virtueel rond  en laadden tussentijds vanzelfsprekend op. Ook testten ze allerlei maatregelen, zoals de aanpak van laadpaalkleven. Ze analyseerden het effect van de maatregelen op het laadgedrag van automobilisten en op het aantal beschikbare laadpalen.

Het onderzoeksmodel onderscheidt verschillende gebruikerscategorieën en probeert de faciliteiten zo aan te bieden dat het complementair gebruik faciliteert; denk aan gebruik overdag door werkenden en ’s avonds door buurtbewoners. Als het gebruik elkaar aanvult is het gebruik van de laadinfrastructuur immers maximaal doelmatig.

Invloed maatschappelijke ontwikkelingen

Future Charging  starrte in 2020, toen de coronapandemie uitbrak. Die heeft tot een paar blijvende effecten geleid, waaronder een toename van het thuiswerken. Uit de data-analyse van laadsessies blijkt bijvoorbeeld dat mensen nu gemiddeld vroeger thuis lijken te komen uit hun werk. Die gebruikspatronen zijn van invloed op het benodigde aanbod van laadpalen in de toekomst.

Een andere invloedsfactor was van tijdelijke aard: de sterke stijging van benzineprijzen in 2022 moedigde mensen met hybride voertuigen aan vaker over te schakelen op elektrisch rijden. Het logische effect van een stijgende vraag naar laadfaciliteiten was echter niet blijvend. Nadat de accijns op benzine weer daalde, gebeurde datzelfde met het aantal laadsessies van hybride rijders.

Future Charging toonde voorts aan dat gedrag van mensen te sturen is met financiële prikkels. Uit de data over deelauto’s bleek dat gebruikers die geld kregen aangeboden om de auto op te laden wanneer de batterij bijna leeg was, daar vaak gebruik van maakten. De aanbieders van deelauto’s kunnen op die manier dus sturen hoe frequent en hoe lang hun auto’s aan de laadpaal staan.

Slim laden

Het onderzoeksproject Future Charging is afgerond. Een vervolgstudie richt zich nu op  ‘slim laden’. De toenemende vraag naar laadpunten staat immers op gespannen voet met de beperkte capaciteit op het stroomnet. Het is dus balanceren tussen het promoten van e-rijden en de realiseerbaarheid van de faciliteiten. Dat betekent dat onderzocht moet worden hoe met ‘slim laden’ het maximale uit de laadinfrastructuur gehaald kan worden. De laadsnelheid terugbrengen op piektijden kan daarbij een optie zijn. De vervolgstudie LIEV onderzoekt welke laadstrategieën het effectiefst zijn om het wagenpark op de weg te houden zonder overbelasting van het net. Dat lijkt vooral een kwestie van goede ketensamenwerking.

 

* Het onderzoeksconsortium bestaat naast de HvA uit: TU Delft, UvA, Gemeente Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht, OverMorgen, Vattenfall, Engie, ParknCharge, ElaadNL, Social Charging, Taxi Centrale Amsterdam, Nationaal Kennisplatform Laadinfrastructuur, Connekt, Mister Green, Last Mile Solutions.