Provincies, gemeenten, bedrijven en maatschappelijke organisatie doen een appèl op de Tweede Kamer om door te gaan met de plannen voor de Lelylijn en de Nedersaksenlijn. In een paginagrote advertentie in de Volkskrant en De Telegraaf vragen zij de volksvertegenwoordigers om het kabinet aan te spreken op verwachtingen die gecreëerd zijn in het hoofdlijnenakkoord, het regeringsprogramma en zelfs in de troonrede.
De provincies Groningen, Friesland, Drenthe en Flevoland maken zich al decennia sterk voor betere ontsluiting van de regio Noord-Nederland via het spoor. Dat gaat in het bijzonder om de Lelylijn (Lelystad – Emmeloord – Drachten – Groningen) en de Nedersaksenlijn (Groningen – Emmen – Enschade). De regering Schoof gaf op beide projecten commitment, maar trekt zich toch terug vanwege de kosten, terwijl zich eigenlijk geen nieuwe inzichten hebben aangediend sinds het aantreden van het kabinet. Daartegen komt nu een brede coalitie van overheden, bedrijven en maatschappelijke organisaties in het geweer.
Brede coalitie
‘Noordelijk Nederland kijkt met verbaasde ogen naar Den Haag’, zo begint de oproep die de regering herinnert aan de stellingname dat elke regio telt en dat de spoorverbindingen essentieel zijn voor de leefbaarheid en welvaart van hun regio, alsmede voor de realisatie van de woningbouwambities van het kabinet. Tot de 130 ondertekenaar horen provincies en gemeenten, (koepels van) onderwijs- en zorginstellingen, de Rijks Universiteit Groningen, bedrijven en vakbonden, culturele organisaties, makelaars en woningbouwcorporaties, en consumentenorganisaties.
Meebetalen
De terugtrekkende beweging met als argument dat de financiering van de twee spoorverbindingen nog niet rond is stuit op onbegrip bij de briefschrijvers. “Niemand vraagt nu al om de investeringsbeslissing”, zo stellen zij. Zij wijzen erop dat vanuit de regio al eerder is aangeboden om mee te betalen aan de spoorlijnen. "We vragen u: spring op de trein."
