veiligheid
Het gevallen boogdeel van de nieuwe Nettelhorsterbrug bij Lochem (foto: X).

Vakvereniging HZC stelt dat houding en gedrag in de bouw- en infrasector niet verbeteren als de nadruk te veel ligt op regels en handhaving. De focus verschuift daardoor mogelijk naar het ‘afvinken’. Met de indruk dat de veiligheid is geregeld, is het risico volgens HZC dat er minder aandacht is voor échte veiligheid in het ‘hier en nu’ van de praktijk.

Aan regels en veiligheidsmaatregelen schort het niet in de bouw- en infrasector. Zo zijn er het VCA-certificaat (veiligheidschecklist) en de Generieke Poortinstructie (GPI), een extra benodigd certificaat over veiligheidsprocedures en risico’s op een bouwplaats. Daarnaast nog TCVT-certificaten voor werken met zware machines als hijskranen, graafmachines en hei- en funderingsmachines. En de richtlijn Veiligheid in Aanbestedingen (ViA) met de Safety Culture Ladder (SCL) van vijf oplopende niveaus (treden) van veiligheid.

Brugongeluk

Helaas kwam er recent weer een dodelijk ongeval in de bouw- en infrasector in de media. Op 21 februari is bij het tillen van een boogdeel van de nieuwe Nettelhorsterbrug over het Twentekanaal bij Lochem, de last gaan torderen en naar beneden gekomen. Een Belgische en Poolse bouwvakker kwamen daarbij om het leven. Twee anderen raakten gewond. Een van hen ligt nog altijd in het ziekenhuis. De Nederlandse Arbeidsinspectie deed eerder deze week in het tv-programma Opsporing Verzocht een oproep aan getuigen van het fatale brugongeluk in Lochem. Gehoopt wordt dat mensen foto’s en bewegende beelden aanleveren van onder meer het moment dat het ongeluk gebeurde.

Effectief

De vele inspanningen binnen de bouw- en infrasector ten spijt, gebeuren er dus nog steeds ernstige ongevallen in deze sector. “De vraag is niet of we te weinig doen, maar of de aanpak effectief is”, zegt Chris van Veldhuizen, directeur van Vakvereniging HZC, de vakbond voor personeel in onder meer bouw, infra, cultuurtechniek en transport. “In de praktijk zien we dat houding en gedrag niet verbeteren als de focus te veel ligt op regels en handhaving. Veel certificaten gaan over kennis en informatie tot je nemen en dit (vaak online) toetsen. Extra auditing-systemen ter controle, zoals bij treden van veiligheidsladders, verleggen de focus mogelijk naar het ‘halen’ of afvinken. Met de indruk dat de veiligheid is geregeld en er minder aandacht is voor echte veiligheid in het ‘hier en nu’ van de praktijk.”

Angst onder werknemers

Signalen uit de achterban van HZC geven volgens Van Veldhuizen aan dat werknemers de regels kennen, maar dat de grens wordt bereikt aan wat ze aan regels nog kunnen bevatten en overzien. Maar ook dat niet iedereen in de bouw in elke situatie even alert en bewust met veiligheid bezig is. “We willen heel graag dat we elkaar aanspreken als situaties niet veilig zijn. Maar mensen vinden het lastig om collega’s aan te spreken of meldingen bij leidinggevenden te doen. Ze zijn bang voor ruzie, ontslag of om de ander teleur te stellen. De bouw- en infrasector is een hiërarchische sector, maar onder de medewerkers op de werkvloer ook zeer collegiale sector. De invloed van groepsdruk speelt ook een rol. Ze passen zich aan ten koste van zichzelf, de (werk)relatie en van de fysieke én sociale veiligheid”, aldus Van Veldhuizen.

Grenzen aangeven

Hij pleit daarom voor meer aandacht voor ‘attitudevorming’: “Medewerkers ontwikkelen en vormen op attitude en gedrag vraagt om heel andere didactische methoden dan het bijbrengen van kennis en voorlichten op informatie. Het ‘integratief gedragsmodel’ kan daarbij helpen. Dit model stelt dat het gaat om twee dingen: willen en kunnen. Waarbij willen wordt bepaald door eigen overtuiging, zelfvertrouwen en attitude. En kunnen door onder andere kennis en vaardigheden, maar ook ruimte en back-up van (direct) leidinggevenden. Grenzen aangeven mag. Nee zeggen tegen een ander is ja zeggen tegen jezelf.”