Dankzij goede resultaten bij de infrastructuurtak heeft bouwbedrijf Heijmans vorig jaar de omzet zien stijgen tot 2,1 miljard euro. De brutowinst bleef met 127 miljoen euro nagenoeg gelijk.
Onder meer dankzij een aantal grote onderhoudsopdrachten in de energiesector en het landelijke hoogwaterbeschermingsprogramma had de infrastructuurdivisie van Heijmans een goed jaar. De omzet van die tak steeg met ruim een vijfde tot 800 miljoen euro. Heijmans kon met name profiteren van de nieuwe koers van Rijkswaterstaat. Vorig jaar bepaalde demissionair minister Mark Harbers van Infrastructuur en Waterstaat dat geld dat oorspronkelijk bestemd was voor de aanleg van nieuwe wegen en kunstwerken, naar het opknappen van de bestaande infrastructuur gaat. Door stikstofproblematiek, personeelstekort en hogere bouwkosten zijn veel nieuwe infrastructuurprojecten erg onzeker geworden.
Infraprojecten
Aan het eind van 2023 werd het onderhoud aan de snelwegen van Zuid-Holland aan Heijmans gegund. Ook het variabel onderhoud aan de rijkswegen in Oost-Nederland wordt aan Heijmans gegund: het gaat om een vierjarige raamovereenkomst met een waarde van ongeveer 125 miljoen euro. Eerder in het jaar werden ook andere onderhoudswerken binnengehaald, zoals gedeelten van de A2 en A12 in Midden-Nederland. In samenwerking met een partner is bovendien gestart met de vervanging en renovatie van de Spijkenisserbrug en de Brug over de Noord, ook bekend als de Alblasserdamsebrug.
Bouwcombinatie
In 2023 zijn Heijmans en GMB als bouwcombinatie Waddenkwartier aan de slag gegaan met de versterking van het Groningse deel van de Lauwersmeerdijk. De realisatiefase vertegenwoordigt een waarde van zo’n 90 miljoen euro, waarbij het aandeel van Heijmans 75 procent bedraagt.
Water
Heijmans verwacht dat het thema water voor de toekomst ook voor de infradivisie meer en meer van belang zal worden. Met projecten als de Médoclaan in Maastricht, waar regenwater wordt opgeslagen, en in Rotterdam Hart van Zuid, waar regenwater na lokale zuivering uiteindelijk wordt hergebruikt voor het reinigen van gebouwen en gebruik in fonteinen, laat de infratak van het bedrijf zien hier nu al op in te spelen.
‘Koninklijk’
Ton Hillen, de ceo van Heijmans, noemde bij de presentatie van de jaarcijfers het afgelopen jaar ‘in vele opzichten gedenkwaardig’. “De grootse viering van ons honderdjarige bestaan was een prachtige mijlpaal”, aldus Hillen. “Met trots en dankbaarheid hebben we het predicaat Koninklijk mogen toevoegen aan onze bedrijfsnaam. Dat is een kroon op ons werk, en op dat van vele generaties vóór ons. We hebben ons met passie en overtuiging ingespannen om in die 100 jaar de hand van Heijmans door heel het land zichtbaar te maken. Als makers van de gezonde leefomgeving zijn we vastbesloten dat te blijven doen.”
Stijgende orderportefeuille
Heijmans noteerde volgens Hillen over 2023 ‘goede en voorspelbare financiële resultaten’. “Dat was ondanks een dip in de woningmarkt die met name bij Vastgoed werd gevoeld. Bouw & Techniek en Infra compenseerden deze terugval in omzet ruimschoots. De toekomst zien we positief tegemoet met een stijgende orderportefeuille, waarbij in 2024 een jaaromzet van 2,5 miljard euro in zicht komt. Onze vooruitzichten voor Bouw & Techniek en Infra blijven sterk.”
Groene transitie
Verduurzaming maakt volgens de ceo al enkele jaren integraal onderdeel uit van de strategie en het handelen van Heijmans. “Dat is merkbaar in alle aspecten van ons werk. Ook in 2023 hebben we vooruitgang weten te boeken op de cruciale thema’s klimaat, circulariteit, biodiversiteit en natuurinclusief bouwen. We willen voorop blijven lopen in de ‘groene transitie’ die gaande is. Daarom hebben we in 2023 12 miljoen euro geïnvesteerd in elektrisch materieel. We juichen het toe dat er binnen de aanbestedingsprincipes volgens de Economisch Meest Voordelige Inschrijving (EMVI) steeds meer aandacht is voor duurzaamheid. Dit is essentieel om de nodige investeringen in duurzaam bouwen ook economisch rendabel te maken. Daarnaast neemt het genereren van data in de gehele keten toe, zeker ook op alle duurzaamheidsaspecten. Die ontwikkeling vinden we bemoedigend en stelt ons mede in staat om onze duurzaamheidsambities te bereiken.” De ambitie is om in 2030 geheel emissieloos te werken.